Eind 2016 en in februari of maart 2017 hebben we ze als kleibal in de grond gepoot, in mei en juni kwamen ze uit de grond. En in augustus stonden ze er nog steeds: de walnoten en hickory’s.
Opvallend: de standplaats heeft duidelijk effect. Op de twee wat kleinere kapvlaktes aan de zuidwestpunt (nabij het voormalige kerkepad) doen ze het eigenlijk gewoon hartstikke goed. Ze vangen hier weliswaar veel licht, maar staan niet lang in de volle zon en niet op de wind.
Daarentegen hebben hun broertjes en zusjes van de kapvlakte op de Scouting-heuvel veel meer geel in het blad, inclusief licht vergeelde randjes. Zie de volgende drie foto’s.
Hoewel we ze ook hier niet ver van de zuidrand hebben geplant (en dus aan de minst droge, meest schaduwrijke kant) staan ze hier toch meer in het licht omdat de zuidrand bestaat uit een strook berken van een jaar of zes oud. Die werpen veel kortere schaduwen.
Bovendien ligt de Scouting-heuvel hoog en dus meer op de wind.
Ik zou nog niet durven zeggen welke van de twee omgevingen nu beter is voor de walnoten. Veel zon doet een walnoot goed, zolang hij niet uitdroogt.