Dit is een groeidocument.
Op de Biesterije hebben we één groot dal waar uitsluitend beuken (generatie 1920) groeien. Een mooi ‘hol’ bos met lange stammen, hoge kronen en een bodem vol bruin beukenblad.
Op de bosbodem onder deze beuken, zowel op de hoge als de lage delen, beginnen oud-bossoorten zoals dalkruid terug te keren. En er waaien ook andere kruidsoorten aan, zoals dovenetel en salomonszegel.
Steek je een schop in de grond, dan hoor je al snel het geknisper van grind: deze bomen zijn aangeplant op een grote uitgraving van keileem. De klei werd afgevoerd voor baksteen, de kiezels en het zand bleven achter.
Geen vruchtbare bodem dus, maar toch: een ruime eeuw bosgroei waarvan negentig jaar met beuk heeft er voldoende humus neergelegd voor de terugkomst van deze kruidlaag. Bodemschimmels in die laag zijn weer in staat om de kiezels met behulp van zuur geleidelijk te verweren, waarbij waardevolle mineralen vrijkomen.
Natuurhulp
Ik help de natuur graag een handje, dus heb er al een paar soorten bij geplant: lelietje van dalen, een onduidelijk wit astertje, blauwe druif (de laatste twee moeten zich komend voorjaar gaan bewijzen).
Wat zijn nu de andere soorten die hier een plekje verdienen?
Leverbloempje
Anemone hepatica. Oud-bossoort in Duitsland en België.
Boshyacinth
Hyacinthoides non-scripta. Soms beter bekend bij de Engelse naam: bluebell. Vooral in Engeland, maar ook bijvoorbeeld in het Muziekbos in België (zie foto) komen bossen voor waar de hele bodem in het voorjaar blauw kleurt.
Bosanemoon
Foto: Ines.saraiva – Eigen werk, CC BY-SA 3.0.
Anemone nemorosa. Mooi, bescheiden en lekker groen.
Vingerhelmbloem
Corydalis solida. Die groeit al bij ons zomerhuisje. Vreemd, want het is een soort die volgens de documentatie kalkrijke grond nodig heeft en kenmerkend is voor iepen-abelenbos. Heel wat anders dan onze zure droge grond.
Hij groeit onder de beukenhaag naast het huisje en ik hem ‘m afgelopen voorjaar ook op een paar plekken in het beukendal uitgezet.